De bloeddruk is een belangrijke indicator voor de gezondheid van ons lichaam. Een te hoge bloeddruk kan leiden tot ernstige gezondheidsproblemen, zoals hart- en vaatziekten. Maar hoe hoog mag je bloeddruk eigenlijk zijn?
De bloeddruk wordt gemeten in millimeters kwikdruk (mmHg) en bestaat uit twee getallen: de bovendruk (systolische druk) en de onderdruk (diastolische druk). Een normale bloeddruk wordt vaak beschouwd als 120/80 mmHg. Dit betekent dat de bovendruk 120 mmHg is en de onderdruk 80 mmHg.
Een bloeddruk tussen 120/80 mmHg en 140/90 mmHg wordt beschouwd als een verhoogde bloeddruk ofwel prehypertensie. Een bloeddruk van 140/90 mmHg of hoger wordt beschouwd als hypertensie of hoge bloeddruk.
Het is belangrijk om regelmatig je bloeddruk te laten controleren, vooral als je risicofactoren hebt voor hoge bloeddruk, zoals overgewicht, roken, een ongezond dieet of een zittende levensstijl. Als je bloeddruk te hoog is, kan je arts je adviseren over veranderingen in levensstijl, medicatie of andere behandelingen.
Kortom, een normale bloeddruk ligt tussen 120/80 mmHg en 140/90 mmHg. Het is belangrijk om je bloeddruk regelmatig te laten controleren en indien nodig actie te ondernemen om je bloeddruk onder controle te houden.