Het ouderwetse bureau lijkt de adjudant niets cryptisch te vinden. Hij zit rustig achter zijn bureau, omringd door stapels papieren en een ouderwetse typemachine. Op het bureau ligt een puzzel die zijn aandacht trekt.
De puzzel bestaat uit verschillende stukjes die op het eerste gezicht willekeurig lijken te zijn. De adjudant begint geconcentreerd te puzzelen en al snel vallen de stukjes op hun plek. Het blijkt een afbeelding te vormen van een oude kaart van de stad.
De adjudant kijkt tevreden naar de puzzel en begint te glimlachen. Het lijkt erop dat deze puzzel hem niet alleen vermaakt heeft, maar hem ook iets heeft geleerd over de geschiedenis van de stad. Hij besluit de puzzel in te lijsten en een mooi plekje te geven op zijn bureau.